Design Thinking

Experimenteren

50 minuten

Beantwoordt het concept je ontwerpvraag?

Stap 6 heeft als doel om leerlingen bewust te maken hoe belangrijk het is om een idee uit te testen. Door kleine onderdelen uit te proberen leren ze over hoe dit idee verbeterd kan worden.

  • Leerdoelen
    • Leerlingen leren dat zij door een concept of een onderdeel van een concept te testen leren hoe het concept verbeterd kan worden
    • Leerlingen ontdekken dat een prototype niet perfect hoeft te zijn. Het gaat er juist om dat het verder uitgewerkt kan worden na het testen, doordat je nieuwe inzichten hebt gekregen.
    • Leerlingen onderzoeken waar ze nieuwsgierig naar zijn, of onderdelen waarvan ze twijfelen of het wel werkt. Er kunnen meerdere testen worden uitgevoerd, voordat het ontwerp definitief is. Het is een manier om snel te leren, te experimenteren en te evalueren om tot een goed eindwerk te komen.
  • Benodigdheden
  • Aantal leerlingen

    In groepjes van 3-5 leerlingen

1.

Geef ieder groepje het werkblad ‘Testen’ op A3 formaat en vraag hen het Werkblad 1 – Succeshorizon er weer bij te pakken. Wat wilden ze ook alweer bereiken aan het begin van het proces? Is dit nog steeds hetzelfde? En wordt dit bereikt met dit concept/eindwerk?

2.

Vervolgens beantwoorden de leerlingen de vraag: Wat zou er kunnen gaan mislukken met dit concept? Door de leerlingen bewust te laten nadenken over wat er nu nog niet goed werkt, maken ze de eerste stap om te bepalen wat er getest gaat worden.

3.

De antwoorden uit deze eerst twee vragen zijn het startpunt om te bepalen wat er getest gaat worden. Wat kunnen ze gaan uitproberen van deze succes- of faalfactoren? Hiervoor stellen de leerlingen onderzoeksvragen op. Zorg dat deze vragen simpel, maar wel concreet zijn.

  • Voorbeelden van onderzoeksvragen
    • Sluit het idee aan op de belevingswereld van de doelgroep?
    • Begrijpt de doelgroep het?
    • Werkt dit onderdeel van het concept zoals we hopen dat het werkt?

4.

Hoe ziet deze test eruit? De leerlingen maken een opzet voor de test en stellen vervolgens een (stappen)plan op om een prototype te maken om het concept te testen. Het doel van het testen is om (nogmaals) te kijken of er dingen geschaafd kunnen worden aan het concept.

Een prototype is dus een versimpelde versie van het eindconcept!
Blijf leren en itereren!

En dan verder…

Met de observaties en inzichten uit de test passen de leerlingen het concept verder aan. Daarbij kijken ze ook terug naar de ontwerpvraag uit fase 1. Wat moet je van het bedachte concept nog aanpassen? Zijn het grote aanpassingen, dan maken de leerlingen een nieuw Concept (Werkblad 5 – Pitch Poster).

Maar misschien moet ook de ontwerpvraag (stap 1) weer iets worden aangepast. Of moet er eerst nog extra onderzoek worden gedaan (stap 2). Of willen de leerlingen een ander inzicht uit het onderzoek gebruiken om opnieuw mee te gaan brainstormen (stap 3 en 4). Of willen de leerlingen iets aanpassen en direct daarna weer een test gaan doen (stap 6).

Dit proces kan dus heel vaak worden doorlopen en wanneer het steeds verder eigen is gemaakt, kan het ook steeds vrijer worden ingezet. Het is hierbij wel van belang dat voor de eerste keer het wel in de vaste volgorde wordt doorlopen. Zodat het hele proces duidelijk is. Daarna kan hiermee worden uitgeprobeerd en verschillende andere volgordes worden uitgeprobeerd.

Geef als docent ook echt een eigen draai aan dit proces! Meer weten? Volg dan de workshop 'Design Thinking in de klas'.