Op de toren zit een haan (oude versie)

Hubertus op school

60 - 100 minuten

  • Lesdoelen

    De kinderen oefenen in spel en ontdektochten om hun waarnemingen, denkstappen en meningen goed onder woorden te brengen.

  • Benodigdheden
  • Werkwijze

    Elke les bestaat uit verschillende activiteiten die je op verschillende momenten en manieren kunt uitvoeren:

    • Voorleesverhaal; klassikaal / kringgesprek (dit is de startactiviteit)
    • Kijkplaat; klassikaal / in kleine groepjes
    • Woordkaartjes; zelfstandig / in groepjes / in tweetallen
    • Liedje; klassikaal
    • Ontdektocht; start klassikaal, daarna buiten de klas in groepjes
    • Omgevingsboek; klassikaal (dit is de verwerkingsactiviteit)

Spelen met de woordkaartjes

 

Print de woordkaartjes en kies een werkvorm.
Bijvoorbeeld stempelen, rijmen, uitbeelden of maak een memory- of koppelspel.

De woordkaartjes
Bekijk

Het hanenlied

Op de toren zit een haan
Op de toren zit een haan
Op de toren zit een haan ja ja
van je kukele kukele-ku jaja
Op de toren zit een haan
Op de toren zit een haan.

Verzin samen ook bewegingen bij het lied, bijvoorbeeld lopen als een haan, vliegen als een haan, maak je zo lang als een toren.

Ga op ontdektocht

Speel samen “Ik zie ik zie wat jij niet ziet”.

Even iets anders? Ik hoor ik hoor wat jij niet hoort?! Ik ruik ik ruik wat jij niet ruikt?! Ik voel ik voel wat jij niet voelt?!

 

Maak twee- of drietallen en loop door de school met een tekenblok en stiften of potloden. Kijk goed om je heen! Teken wat je allemaal tegenkomt. Teken minstens 5 verschillende dingen.

Knip twee kijkgaatjes of een kadertje in een vel papier waardoor de kinderen kunnen kijken. Ze gaan dan gerichter kijken.
  • Welke nieuwe dingen heb je geleerd?
  • Het omgevingsboek

    Het maken van het omgevingsboek is de verwerkingsactiviteit. Je verzamelt alle werkjes die de kinderen tijdens de weekactiviteiten hebben gemaakt.

    Het omgevingsboek maakt de opbrengsten van de lessen zichtbaar. Aan het eind van iedere les wordt het omgevingsboek gevuld. Dit zorgt voor het reflectie-onderdeel van de lessen. Centraal staat de vraag: wat hebben we ontdekt vandaag?

    Inventariseer de ontdekkingen en selecteer welke in het boek worden opgenomen. Zorg voor sprekende voorbeelden, geef ruimte aan verscheidenheid en diversiteit van de ontdekkingen.
    Geef het boek een vaste plek in de klas. Het is een mooi communicatiemiddel in je verhaal naar collega’s en naar ouders. Werk het boek eventueel verder uit met andere dimensies van de eigen omgeving: ontdekkingen uit de natuurlessen rondom de school, de verkeerslessen, het bezoek aan het lokale museum / theater / bibliotheek.