-
Groep 3-6
-
Leerdoelen
- De leerlingen zijn onderzoeken voorwerpen vanuit zintuigelijke waarnemingen, verbeelding, kennis en associaties.
- De leerlingen leren een eigen verhaal bij een voorwerp te vertellen.
- Ze ontdekken dat voorwerpen een verhaal kunnen hebben of van waarde worden door het verhaal dat erbij hoort.
-
Voorbereiding
In de les zit een carroussel met afbeeldingen van erfgoedvoorwerpen, maar nog krachtiger is het meenemen van echte voorwerpen die de leerlingen mogen aanraken. Ook kun je leerlingen zelf voorwerpen van thuis laten meenemen waarvan ze vermoeden dat de klas niet weet wat het is.
Verwonder
Vertel de leerlingen dat je bij je een oude tante op zolder een doos met oude spullen tegenkwam en dat je die met de klas wilt onderzoeken. Wat zou het kunnen zijn?
Oriënteer
Spullen van vroeger worden nog vaak bewaard door mensen: omdat ze mooi of bijzonder zijn, een (persoonlijke) waarde of verhaal hebben of iets vertellen over hoe het vroeger ging.
Bekijk met de leerlingen de voorwerpen. Hebben zij enig idee wat het kan zijn? Lijkt het op iets dat we nu nog gebruiken of kennen? Wat valt ze op?
Onderzoek
Geef een klein groepje een of twee voorwerpen. Laat ze hun zintuigen, verbeelding (associaties) en kennis gebruiken om het te onderzoeken.
Daarbij bedenkt elk groepjewat het voorwerp allemaal zou kunnen zijn of wat je ermee kan doen. Je kunt het zo gek niet bedenken. Alles kan. Laat ze divergeren.
Tip: Je kunt ze ook in kleine groepjes een voorwerp geven en het ze eerst laten tekenen. Door te tekenen ga je heel nauwkeurig kijken.
Gebruik kijkwijzer of laat ze door middel van een aantal vragen het voorwerp zo goed mogelijk onderzoeken:
- Wat zie je?
- Wat valt op?
- Welke kleur en vorm heeft het?
- Waar is het van gemaakt?
- Wat zou je ermee kunnen doen?
- Maakt het geluid?
- Ruikt het ergens naar?
- Hoe voelt het aan?
- Is het scherp of juist zacht?
- Kan het open?
- Kan het uit elkaar?
Presenteer je verhaal!
De verhalenmakerVoorwerpen kunnen een (persoonlijk) verhaal vertellen: over hoe het is gebruikt, door wie het is gemaakt, wat het heeft meegemaakt of wat het voor iemand betekent heeft.