Jubileumeditie: 10 jaar

Groot project met een groot effect

IN GESPREK

Tekst: Hille Takken
Foto: Martijn de Vries

Sinds 2010 is er in Amsterdam De Schoolschrijver. Een kinderboekenschrijver komt wekelijks langs om boeken onder de aandacht te brengen en schrijfles te geven aan groep 3-8. Zo vergroten kinderen hun woordenschat en daarmee groeit ook hun zelfvertrouwen.

Cees Reuvecamp is directeur op basisschool ’t Gouden Ei, een gloednieuwe basisschool in Amsterdam Oost. Directeur Cees Reuvecamp stelde een heel nieuw team samen.

Anneke Scholtens is schoolschrijver. Rond haar veertigste vond zij dat het tijd werd om te gaan doen wat ze al sinds haar jeugd het allerliefste wilde: verhalen schrijven voor kinderen en jongeren. In 1999 verscheen haar eerste kinderboek De Haak en in 2000 haar eerste jeugdroman Tussenstop.

Cees: “Op ’t Gouden Ei was de schoolschrijver meer dan welkom. Sommige klassen hadden een tijd lang steeds weer nieuwe leerkrachten gekregen. Leerlingen voelden zich in de steek gelaten. Daarom wilden we allereerst zorgen voor een goede sfeer op school. Ik heb hier in 2011 een nieuwe start gemaakt. Het gebouw is hetzelfde gebleven, maar het team is helemaal nieuw. We werken nu met de Kwaliteitsaanpak Basisonderwijs Amsterdam, een methode om de onderwijskwaliteit snel sterk te verbeteren. Daar krijgen we ook geld voor. Wij hebben dat onder meer besteed aan beter taal- en leesonderwijs, ook omdat het taalniveau van onze vele allochtone kinderen beperkt is. Zo kun je de sfeer verbeteren, en tegelijkertijd veel leren. Toen ik hoorde dat we een Schoolschrijver konden adopteren, had ik de jaarplanning al rond. Onze grootste twijfel betrof de kosten. Toen een oplossing daarvoor was gevonden, was iedereen enthousiast. Natuurlijk kost zo’n groot project veel tijd. Ik heb het aan de leerkrachten overgelaten hoe ze dat oplosten. De meesten snoepten tijd af van de taallessen – dat halen ze na het project weer in.’

Een hond van woorden

Anneke: “Ik kwam op ’t Gouden Ei negen weken lang drie uur lesgeven aan de groepen 5, 6 en 7. Als Schoolschrijver kun je niet zelf je lessen plannen, je moet aansluiten op wat er uit de groep komt. Daar moet je voor openstaan. Ik wilde aan de slag met spannende verhalen. Toen ik daarnaar vroeg kwamen kinderen vaak met moord en doodslag. Bloed gutste uit afgehakte hoofden, er kwamen messen en pistolen in voor, veel politie ook. Ik denk dat ze ‘spannend’ associeerden met computerspelletjes en enge films. Als Schoolschrijver wilde ik met de kinderen onderzoeken hoe een saai verhaal spannend wordt, zonder bloedvergieten. Ik ben begonnen met beeldgedichten: gedichten die een beeltenis voorstellen. We maakten bijvoorbeeld een hond van woorden. In het oor stond dan ‘oor’ en bij de bek ‘kwijl kwijl’. Dat een verhaal ook spannend kan zijn zonder bloed, heb ik laten zien met een fragment uit Boy, een boek van Roald Dahl; een jongetje is de held als hij in de winkel van een vieze vrouw een rat in een snoeppot stopt. Het gaat erom dat kinderen zich kunnen inleven. Later schreven ze ook afscheidsgedichten, met behulp van het boek ‘Doei Roos, ik zal je missen’. Ze mochten geen rijmwoorden gebruiken, anders gaat alle energie daaraan op. Kinderen namen afscheid van van alles en nog wat: een goudvis of een voetbal die kwijt is. Dat kon grappig zijn, of juist aangrijpend. Maar steeds waren ze trots erop. Voor de twaalf meest bevlogen kinderen heb ik een ‘talentenklas’ geformeerd. Door die naam alleen al, zag je ze groeien.”

Cees: “Onderzoek laat zien dat leerlingen die een Schoolschrijver hebben gehad, actiever naar boeken zoeken en vaker zelfstandig een bibliotheek bezoeken. De leerkrachten doen ook nieuwe ideeën op. Anneke heeft ons team een fantastische middag bezorgd met een workshop: leerkrachten zijn zelf verhalen gaan schrijven om te ervaren hoe dat is en kregen tips voor schrijflessen aangereikt. Ze willen volgend jaar graag weer meedoen.”

Ouders betrekken

Cees: “Het project heeft veel van leerlingen en leerkrachten gevraagd, maar het levert ook veel op. De grootste winst is dat kinderen hebben ontdekt hoe leuk het is om verhalen te schrijven. En dan hebben ze ook nog eens leren letten op zinsbouw, de opbouw van een verhaal en een plot leren bedenken. Dat is zoveel meer dan je kunt bereiken met een lesje uit een taalboek. Het was misschien een groot project, maar het effect is ook groot. Ook op sociaal vlak brengt het ons veel; kinderen luisteren nu naar elkaars verhalen. Moeilijker was het om ouders te betrekken. Ook dat is een van de doelen van de Schoolschrijver.”

Anneke: “Misschien hebben ouders de Nederlandstalige uitnodiging niet begrepen. Nu willen we het nog eens proberen, met een tentoonstelling van gemaakt werk en een boekje waarin kinderen over hun cultuur vertellen.”

Cees: “Misschien kunnen we ouders dan persoonlijk, bij de deur van het lokaal, aanspreken. Dat helpt, hoop ik. Want ieder kind wil gezien en gehoord worden – dat stimuleert het leren enorm.”

Bron: Prikkels Taal – 2013

Jubileumeditie!

Het moment dat er 5.500 jaar geleden een creatief genie besloot om twee wielen aan een as te bevestigen veranderde de hele wereld. En dat is precies waarom we creativiteit moeten blijven stimuleren. En dat is waar Prikkels aan wil bijdragen, nu al 10 jaar lang.

Lees Prikkels online