-
Lesdoelen
- De leerlingen onderscheiden verschillende dansstijlen en kunnen deze benoemen.
- De leerlingen benoemen de verschillen tussen de diverse choreografieën op het gebied van de dans zelf, de dansers, kostuums, muziek, en het decor.
- De leerlingen kunnen beschrijven welke associaties de dansfragmenten bij hen oproepen.
- De leerlingen gebruiken de fragmenten als inspiratie voor eigen dansideeën.
- De leerlingen kunnen een beschouwingsgesprek voeren en betekenis geven aan de dansfragmenten vanuit de elementen tijd, ruimte en kracht
-
Benodigdheden
Ruimte
- De danser maakt vormen en ruimtelijke patronen (cirkels, rechte lijnen, etc.)
- De danser beweegt in een richting (naar voren, naar links, diagonaal, etc.).
- De danser beweegt in verschillende lagen: hoog (springen, op de tenen), midden (gebogen romp, knieën licht gebogen), laag (liggen, kruipen, rollen).
- De vorm van het lichaam in de ruimte (open of gesloten, groot of klein, symmetrisch of asymmetrisch)
- De danser beweegt in de ruimte (achter of voor, aan de kant, in het midden)
Tijd
- Bewegingen kunnen snel, razendsnel, langzaam of heel langzaam worden uitgevoerd.
- De danser kan gebruikmaken van vertraging, herhaling, stops, slow motion.
- Hij voert de bewegingen met een bepaalde regelmaat uit of juist onregelmatig; kort/plotseling of lang/aangehouden.
- Iedere beweging heeft een begin, een verloop en een einde: frasering.
Kracht
Hoe gebruikt de danser spierkracht, coördinatie en energie?
- Hij beweegt licht of zwaar.
- Er is sprake van spanning of ontspanning, controle of loslaten, een sterke of zwakke beweging (dynamiek).
Dansen in tweetallen
- Maak tweetallen
- Elk tweetal verzint een danspas waarin duidelijk een van de danselementen te zien is: tijd, kracht of ruimte.
- Kies zelf je muziek.
- Je mag het combineren met de andere elementen, maar het gekozen danselement moet duidelijk naar voren komen.
- Onthoudt de danspas voor de les met de dansdocent!
Nieuwe dansstijlen
Door samenwerking tussen verschillende choreografen, behoefte aan vernieuwing, invloeden en veranderingen in onze samenleving zijn er zogeheten fusions of cross-overs ontstaan.
Zoek een dansfragment waarin sprake is van een cross-over of fusion. Laat je vondst zien in de klas en licht toe waarom jullie denken Waarom denk je dat dat een cross-over is?