Droge voeten in Kinderdijk

Water, noodzakelijk kwaad

60 minuten

  • Lesdoelen
    • De leerlingen kennen de historie van waterbeheer in West-Nederland
    • Ze weten het verschil tussen waterleidingsbedrijven en waterschappen
    • Ze kennen het begrip erfgoed en Werelderfgoed
    • Ze weten wat Werelderfgoed Kinderdijk is
  • Voorbereiding en benodigdheden
    • Print Werkblad 2 en Antwoordenblad 2 uit
    • Print Bijlage A uit
    • Deel Werkblad 2 en Bijlage A uit in tweetallen
    • Maak vast groepjes van maximaal 6 leerlingen per begeleider voor het bezoek aan Kinderdijk (les 2)
    • Regel rij-ouders voor het bezoek aan Kinderdijk (les 2)

Het waterbeheer in Nederland

Bespreek klassikaal de volgende vraag. Open de vraag voor verschillende begrippen.

  • Wat weten jullie over het waterbeheer in Nederland?

    Denk aan: onder de zeespiegel, polders, lage boezem, hoge boezem, watersnoodramp 1953, Deltawerken, inklinken van het veen, etc.

Werelderfgoed

Bekijk gezamenlijk het eerste deel van Het Klokhuis over Kinderdijk tot minuut 03:40. Doe erna samen de opdracht.

TIP: lees alvast de vragen voordat je het filmpje bekijkt. Zo weet je waar je op kan letten tijdens het kijken.

Welke van de twee hoofdletter-woorden wordt gebruikt in het filmpje?

  • De Toren van Pisa, de Chinese Muur, de Galapos EIlanden en Kinderdijk zijn allemaal WERELDBEROEMD / WERELDERFGOED.
  • Een stuk grond, dat door een systeem van dijken en sloten komt te liggen, heet een DIJK / POLDER.
  • Veen kun je vergelijken met een EMMER / SPONS vol water.
  • Door het drooghouden van de polder verliest het veen vocht. Daardoor ontstaat UITDROGING / INKLINKING van de grond.
  • Door daling van de grond met 1,5 meter is bij Kinderdijk het laagste punt ontstaan van de Alblasserwaard. Daardoor stroomt bij regen al het water daarnaartoe. Ze noemen het daarom ook wel het RIOOL / AFVOERPUTJE.
  • Antwoorden
    • Werelderfgoed
    • Polder
    • Spons
    • Inklinking
    • Afvoerputje

De lage boezems

Bekijk nu het tweede deel van Het Klokhuis, vanaf minuut 6:24 tot 9:48. Beantwoord daarna klassikaal de vragen.

TIP: lees alvast de vragen voordat je het filmpje bekijkt. Zo weet je waar je op kan letten tijdens het kijken.

  • Wanneer zijn de 19 molens, die er nu nog staan, gebouwd?
  • Waar pompen de molens het water naartoe?
  • Hoeveel emmers water van 10 liter per minuut verwerkt de molen op volle snelheid?
  • Wat moet de molenaar doen om te zorgen dat de molen zo hard mogelijk draait?

    a. Hij controleert …

    b. Hij …, zodat de wieken op de wind staan

    c. Hij spant … op de wieken.

  • Antwoorden
    • Tussen 1738 en 1740
    • Van lage boezem naar hoge boezem en tenslotte via een sluis naar de rivier de Lek
    • 5000 emmers
    • Wat moet de molenaar doen?
      • a) Hij controleert de windrichting
      • b) Hij draait de kap van de molen, zodat de wieken op de wind staan
      • Hij spant zeilen op de wieken

De wieken

Bekijk de video vanaf 11:58 tot het einde en beantwoord klassikaal de vragen.

TIP: lees alvast de vragen voordat je het filmpje bekijkt. Zo weet je waar je op kan letten tijdens het kijken.

  • Wat is de topsnelheid van de wieken?
  • Welke onderdelen heeft een molen nodig om te kunnen draaien en water te kunnen malen?

    a. W…

    b. C….

    c. K….

    d. T….o….

    e. W….

  • Hoeveel meter verplaatst het waterrad het water omhoog?
  • Door welke gemalen is het werk van de molens overgenomen?
  • Hoe wordt dit unieke systeem genoemd, en wat maakt het zo uniek?
  • Waarom staan de molens nog steeds symbool voor onze strijd tegen het water?
  • Antwoorden
    • 150 km/uur
    • Molen onderdelen:
      • a) Wieken
      • b) Centrale tandwiel
      • c) Koningspil
      • d) Tandwiel onder
      • e) Waterrad
    • 1,5 meter van lage naar hoge boezem
    • Elektrische- en dieselgemalen
    • Getrapte bemaling
    • Het is het enige systeem in de wereld dat zo werkt
    • Zonder de molens stond de helft van Nederland onder water

De geschiedenis van Kinderdijk

Lees met de klas de tekst van Bijlage A, Het verhaal. Bespreek gezamenlijk de moeilijke begrippen en woorden zoals waterschap, gemaal, vijzel, etc.

Ga in tweetallen aan de slag met jullie geprinte Werkblad 2 en beantwoord de vragen. Kijk erna samen het werkblad na met behulp van het antwoordenblad.

Voorbereiding les 2: Kinderdijk

In de volgende les gaan jullie naar Kinderdijk! Jullie gaan met eigen ogen zien wat Kinderdijk zo uniek maakt en waarom het werelderfgoed is. Lees verder voor een beste voorbereiding:

  • Hoe kan ik me het beste voorbereiden op het bezoek?

    Die middag maken jullie het Werkblad Kinderdijk, neem deze van tevoren door. Dan weet je vast welke vragen je kan verwachten.

    In les 3 bespreken jullie de vragen en antwoorden van het Werkblad. Aan het einde van die les maken jullie een Slotquiz. Let op: onthoud goed wat je hebt geleerd in les 1 en 2 want daarmee haal je de hoogste score!

    We verdelen de klas in groepjes van maximaal 6 leerlingen.

  • Wat moeten jullie meenemen naar Kinderdijk?
    • Schrijfwaren
    • Lunch
    • Drinken en tussendoortje
    • Regenkleding
    • Per groepje: 1 mobiele telefoon voor foto’s en veiligheid