Tinten

Voor de voorstelling

60 minuten

  • Lesdoelen
    • De leerlingen denken na over het slavernijverleden en de invloed ervan op de hedendaagse maatschappij
  • Voorbereiding en benodigdheden
    Opdracht 1:
    • Eventueel groepjes van 4 om de vragen eerst in te bespreken voor je het klassikaal doet
    Opdracht 2:
    • Papier om propjes van te maken voor elke leerling
    • Doe deze opdracht in het speellokaal, de aula, buiten, of schuif de stoelen en tafels aan de kant

Opdracht 1: het slavernijverleden

Over de geschiedenis van de slavernij in Nederland.

Het Nederlandse slavernijverleden krijgt weinig aandacht in de geschiedenisboeken, terwijl een groot gedeelte van de Nederlandse rijkdom stamt uit de gouden eeuw en verkregen is door de handel in mensen.

Het is belangrijk om stil te staan bij dit verleden omdat het nog steeds doorwerkt in hoe de wereld nu in elkaar zit.

In deze opdracht gaan jullie onderzoeken wat je al over het slavernijverleden weet, en wat het met je leven nu te maken heeft.

Een aantal van deze vragen zijn persoonlijk, daarbij kan het antwoord per persoon verschillend zijn. Je kunt het met elkaar erover hebben waarom je antwoord verschillend is dan bijvoorbeeld dat van degene die naast je zit.

Een aantal van deze vragen zijn feitelijk, die gaan over de geschiedenis en daar is dus een duidelijk antwoord op. Ook hierbij is het goed om het er even over te hebben wat je denkt voordat je het antwoord bekijkt.

  • Wat is slavernij?

    Slavernij is een toestand waarin een mens als eigendom van een ander wordt behandeld.

  • Is slavernij een bekend begrip volgens jullie?
  • In welke periode nam Nederland deel aan slavenhandel en hoeveel slaven heeft Nederland verhandeld?

    Nederland verscheepte van 1637 tot 1814 zo’n 600.000 Afrikanen, 5 procent van het totaal van de naar schatting 12 miljoen Afrikanen die tussen de 15e tot de 19e eeuw door de Europeanen als slaaf werden verhandeld. (Bron: NOS)

  • Voelt slavernij als lang geleden?
  • Lang werd het begrip slaaf gebruikt, tegenwoordig wordt er gesproken van tot slaaf gemaakte. Wat is het verschil tussen deze begrippen?

    Als je het hebt over een “slaaf” lijkt het net alsof iemand dat echt ís, terwijl iemand alleen een slaaf gemaakt kan worden door overmacht of geweld te gebruiken. Als ze niet meer slaaf gemaakt worden door een onderdrukker, zijn ze dat ook niet meer. Daarom spreken we tegenwoordig van “tot slaaf gemaakte”.

    In de periode van de trans-Atlantische slavenhandel en slavernij is dat gebeurd met de Afrikanen. Hun vrijheid is hen ontnomen door de Europeanen: ze werden gekocht en vervolgens werd hun eigen naam, taal en cultuur afgenomen.

  • Tegen wat voor producten ruilden de Nederlanders de tot slaaf gemaakten?
    • Suiker
    • Koffie
    • Cacao
    • Tabak
  • Wie was William Lynch?

    William Lynch was een slavenhouder. Hij zou een speech gegeven hebben aan andere slavenhouders waarin hij een methode uitlegde hoe je mensen tot slaven kon maken en hoe je verzet onder mensen kon breken. Hierbij zei hij bijvoorbeeld dat de jongere slaven tegen de ouderen moesten worden opgezet en de lichter gekleurde slaven belangrijker gemaakt moesten worden dan de donkere. Sommige historici stellen vragen bij de echtheid van de speech, maar deze manier van onenigheid en verdeeldheid zaaien onder mensen kwam veel voor onder de slavenhouders.

  • Wie was Anton de Kom?

    Anton de Kom is een Surinaamse schrijver, activist en verzetsheld. Zijn boek Wij slaven van
    Suriname (1934) was het eerste geschiedenisboek over Suriname dat geschreven was door een Surinamer. Het boek was een protest tegen slavernij en de ongelijkheid die na de afschaffing van de slavernij was gebleven. Omdat Anton de Kom zo duidelijk uitlegde hoe alles in elkaar stak, is zijn boek nu nog steeds populair.

Het heden

Hoe is het nu om als gekleurde Nederlander in een ‘witte’ samenleving te leven? En wat weten we van elkaar?

De wereldwijde Black Lives Matter beweging heeft veel in gang gezet en het onderwerp racisme krijgt gelukkig meer aandacht, maar blijft voor witte mensen vaak moeilijk om echt te begrijpen. Dat is ook niet zo raar, je krijgt het ook heel anders mee dan mensen van kleur.

Een groot deel van de gekleurde Nederlanders is in Nederland geboren, maar wordt toch alleen door de huidskleur als ‘anders’ gezien en behandeld. Hoe voelt het om de hele dag beoordeeld te worden op je huidskleur, terwijl je leeft in een samenleving
waar ‘wit’ de standaard is?

Met de klas gaan we onderzoeken wat dit betekent.

Doe deze opdracht in een grote lege ruimte, bijvoorbeeld het speellokaal, de aula of buiten - of schuif de stoelen en tafels aan de kant

Opdracht 2: het gelijkheid experiment

Maak de ruimte leeg en zet een prullenbak in het midden.

Iedereen krijgt een propje papier en gaat in een grote kring om de prullenbak staan.

De leerkracht leest straks een aantal stellingen voor. Dat zijn dingen waar je het wel of niet mee eens kunt zijn.

Als een stelling voor jou waar is, zet je een kleine stap richting de prullenbak.

Als een stelling voor jou niet waar is, blijf je staan.

Na de stellingen mogen jullie proberen om je propje in de prullenbak te gooien. Gooi je raak, dan krijg je een punt.

 

  • 1. Bij ons thuis wordt er vooral Nederlands gesproken.
  • 2. Mensen verwachten van mij dat ik een hoog niveau zou kunnen op de middelbare school (HAVO of hoger).
  • 3. In Nederlandse film en series hebben de helden meestal dezelfde huidskleur als ik.
  • 4. Ik ben nog nooit uitgelachen of gepest om mijn huidskleur of het uiterlijk van mijn neus, lippen of haar.
  • 5. Ik word nooit gevraagd waar ik vandaan kom.
  • 6. Er worden geen flauwe grappen over mijn afkomst gemaakt.
  • 7. De meeste kinderen bij mij op school hebben dezelfde kleur als ik.
  • 8. Wanneer iemand met mijn huidskleur iets verkeerd doet, heb ik nooit hoeven uitleggen waarom hij/zij dat doet.
Gooien maar!

Nabespreken

Kijk om je heen. Staan jullie allemaal op dezelfde afstand van de prullenbak?

Ga maar weer zitten en bespreek in groepjes van 4 en daarna klassikaal met elkaar de volgende dingen.

 

  • Was dit dan een eerlijke "wedstrijd" voor iedereen? Had iedereen evenveel kans om raak te gooien?
  • Misschien staat bij jullie in de klas wel iedereen even ver van de prullenbak, maar kun je je voorstellen dat dat in sommige klassen ook anders is?
  • Zo is het soms ook in de wereld verdeeld. Niet iedereen heeft evenveel kans op dezelfde dingen. Niet iedereen heeft evenveel kans om "raak te gooien". Waar zou je dat bijvoorbeeld terug kunnen zien?
    • Kans om een goeie baan te krijgen
    • Kans op een (groot) huis
    • Kans dat je zonder problemen op vakantie kunt

    …en nog veel meer.

  • Wat was de eerste keer dat je besefte dat je wit/zwart bent?
  • Hoe vaak word je per dag geconfronteerd met het feit dat je de huidskleur hebt die je hebt? Hoe zou dat komen?