-
Lesdoelen
- De leerlingen blikken terug op de ervaring en evalueren deze.
- De leerlingen evalueren de inhoud van de voorstelling en vertalen deze naar hun eigen belevingswereld.
-
Voorbereiden
- Zorg dat alle stoelen en tafels aan de kant zijn zodat er ruimte is
om te spelen. - Zorg voor een publiek plek
- Zorg dat alle stoelen en tafels aan de kant zijn zodat er ruimte is
Nabespreken
Bespreek met elkaar onderstaande vragen
Opdracht 1: Vogel muziek
In de komende opdrachten gaan we de vogels uit de voorstellingen
naspelen in het speellokaal. Mocht dat niet mogelijk zijn, zorg dan dat alle
stoelen en tafels aan de kant zijn in de klas, zodat er ruimte is om te bewegen
en te spelen. Zorg voor een rij stoelen aan de zijkant.
Elk vogel heeft in de voorstelling een eigen muziek.
Welke van deze geluidsfragmenten hoort bij welke vogel?
We gaan nu de vogels uit de voorstelling naspelen.
1 Laat de helft van de klas verspreid op de vloer staan, de andere helft is
publiek.
2 Zet het eerste muziekje van een vogel op.
3 De kinderen op de vloer gaan als de muziek aangaat meteen die vogel spelen.
4 Als de muziek uit gaat, staan jullie weer stil.
5 Speel daarna het 2de muziekje af.
6 Speel in totaal 3 of 4 vogels. In totaal dus 3 of 4 muziekjes.
7 Wissel daarna van groep.
Opdracht 3: De Grote Pauw Playbackshow
In de voorstelling zingt de pauw heel uitbundig een musicalnummer: JE BENT WIE JE BENT.
De pauw geniet van de aandacht en maakt er echt een show van.
Hij is trots als een pauw!
Jullie gaan als pauw een playbackshow geven.
1 Bespreek het spreekwoord: Trots als een pauw.
2 Waarom zouden ze dat zo bedacht hebben?
3 Jullie gaan nu zelf een trotse pauw spelen. De trotse pauw uit
de voorstelling die gaat zingen! In jullie geval: playbacken!
4 De helft van de groep kiest een plekje op de vloer. (de rest is
publiek)
5 Ga staan als een trotse pauw. (Hoe straal je trots uit? Borstkas
vooruit, kin omhoog, trotse blik)
6 Nu als een trotse pauw popster.
7 Zet het lied van de pauw aan.
8 De kinderen playbacken het nummer (als je niet weet wat dat is, laat de leerkracht het even voordoen).
De pauw hield ervan om in de spotlight te staan!
Maak er dus een show van! Beweeg, dans, alles!
9 Als het nummer afgelopen is, neem als pauw een heel groot applaus in ontvangst.
10 En trots te zijn als een pauw!
Opdracht 4: Wennen
- Maak groepjes van 4 of 5 kinderen.
- 1 kind gaat Johannes de Parkiet spelen.
- De andere 3/4 kinderen kiezen 3/4 andere vogels uit de voorstelling.
Jullie krijgen 5 minuten om te overleggen en kort te oefenen. Daarna
tonen jullie de scene aan elkaar.
Denk aan de volgende dingen:
- Denk bij het spelen aan het fysiek van de vogel. (hoe loopt de vogel)
- Johannes spreekt Nederlands
- De anderen vogels spreken een jebber talk (zie les 1)
- Wat vindt Johannes van de andere vogels?
- Zorg steeds dat er een duidelijke ontmoeting is tussen Johannes en een nieuwe vogel.
- Hoe eindigt de scene?
De scene:
1 De scene start op het moment dat Johannes al in zijn kooitje zit.
2 Eén voor één komt er een vreemde vogel bij. (of vogels, als ze dezelfde
vogels zijn zoals bijvoorbeeld de zebravinken) Ze spreken allemaal een
andere taal, behalve Johannes die spreekt Nederlands. Dus maak
weer gebruik van de jebber talk.
3 Elke vogel heeft een korte ontmoeting met Johannes.
4 Johannes vindt het niet leuk dat de andere vogels erbij komen en laat
dat duidelijk merken.
5 Eindig ermee dat Johannes echt boos wordt en alle vogels wegjaagt.