-
Lesdoelen
- Introductie van de thematiek van de voorstelling
- Introductie van de vorm van de voorstelling (poppentheater)
- Het wakker maken van de verbeelding van de leerlingen
-
In het kort
De voorbereiding voor de voorstelling Ridder Allegonda bestaat uit twee korte onderdelen.
- Deel 1: verhaal en poppen bespreken/laten zien (klassikaal) – 5 min
- Deel 2: kringgesprek (klassikaal) – 15 min
- Deel 3: geleide fantasie (klassikaal) – 30 min
-
Voorbereiding en benodigdheden
Voor deel 3:
- Tekenspullen
- 1 wit A4 per leerling
- (Eventueel) een groot oud boek wat je theatraal open kunt slaan
1: Ridder Allegonda
Allegonda is een kleine prinses, die in de wieg gelegd is om Koningin te worden. Ze is enig kind, dus veel keus heeft ze niet. Maar Allegonda ziet dit anders, zij weet namelijk één ding zeker: zij wordt ridder! Dat iedereen haar eigenwijs noemt, kan haar niet schelen. Of zij op haar 18-de verjaardag echt koningin zal worden, is dan ook maar de vraag.
Op haar 18-de verjaardag, krijgt de prinses een brief, een noodkreet van prins Roderick uit kasteel Drakensteijn, met in de gracht een vuurspuwende draak. Hij moet gered worden en dit kan alléén een ridder doen. Allegonda gaat, terwijl het volk op haar kroning wacht, op reis. Deze reis is niet zonder gevaar en onderweg is de hulp van de kinderen nodig.
De poppen
Tijdens de voorstelling maken de leerlingen kennis met Prinses Allegonda, haar moeder de koningin, Kokkie Jannie, vriendje Tuur en Hazewind. Er wordt met 6 poppen gespeeld, waaronder een levensecht paard.
2: Kringgesprek
Heb het met elkaar over de vragen hieronder.
3: Verbeelden wat je niet ziet
Tijdens de voorstelling zie je veel, maar niet alles…
Sommige dingen moet je je voorstellen. Dat doe je door met je fantasie in je hoofd te bedenken hoe iets eruit zou kunnen zien.
Dat gaan we even oefenen. Tijdens onderstaande vragen mag iedereen even zijn of haar ogen dicht doen. Dan kun je nog beter voor je zien hoe iets eruit zou kunnen zien.
In de voorstelling is er bijvoorbeeld een paleis. Wie heeft er wel eens een paleis gezien? Hoe zag het eruit?
Er waren eens in een land hier ver vandaag een koning en een koningin. Zij woonden in een groot paleis met wel 100 kamers en stallen vol witte paarden.