Niemand weet…

Voor de voorstelling

60 minuten

  • In het kort

    De voorbereiding voor de voorstelling Niemand weet dat het niet zo is bestaat uit vier korte onderdelen.

    • Deel 1: vragen beantwoorden over de vorm van de voorstelling (klassikaal) | 10 min
    • Deel 2: een opdracht met geluiden maken (klassikaal) | 20 min
    • Deel 3: vragen beantwoorden over het thema van de voorstelling (klassikaal) 10 min
    • Deel 4: een opdracht met liegen (groepjes van drie) | 20 min
  • Benodigdheden

    Voor deel 2 heb je dingen nodig om geluiden mee te maken zoals in een hoorspel

    • Boeken
    • Pennen

    Voor deel 4 moeten groepjes van drie gemaakt worden

Werkwijze

Dit lesmateriaal kan op twee manieren worden gebruikt.

  • Manier 1: Door middel van een prezi met een bijbehorende handleiding voor docenten (hieronder te downloaden).

Bij deze werkwijze, doe dan voor de voorstelling alleen het gedeelte voor de voorstelling van de Prezi.

  • Manier 2: Door op deze pagina te blijven, eventueel ook met behulp van de handleiding voor docenten (hieronder te downloaden).
Handleiding voor docenten

1. Hoorspel?

Hierboven zie je de flyer van de voorstelling.

  • Waar moet je aan denken als je de flyer ziet?
  • Waar denk je dat de voorstelling over gaat?

Inleiding

Boezemvriendinnen Zelda en Vos zitten nietsvermoedend in de klas, stiekem op hun telefoon, poezenfilmpjes te kijken. Maar dan, als donderslag bij heldere hemel, blijkt er na de pauze een toets te zijn! ‘oh nee, wat nu!!’ Ze hebben niet geleerd en willen natuurlijk niet blijven zitten. Ze bedenken een smoes met CATASTROFALE gevolgen…

  • Wat is een hoorspel?

    Een hoorspel is een vorm van drama, waarbij uitsluitend gebruik wordt gemaakt van geluid. De meeste hoorspelen worden dan ook voor het medium radio gemaakt. Vandaar dat het hoorspel ook wel radiodrama of radiotoneel genoemd wordt

  • Wat is een foley artiest?

    Een foley-artiest of geluidenman is een persoon die zorgt voor de geluidseffecten in een film of hoorspel, zoals voetstappen, piepende deuren of omgevingsgeluiden.

2. Verhalen vanuit geluiden

Met geluiden kun je verhalen maken, en niet alles is wat je denkt te horen. Zo kun je hele avonturen verzinnen met geluiden die je gewoon om je heen kunt vinden.

Probeer de volgende geluiden eens met je oren dicht te beluisteren, terwijl de juf of meester ze maakt. Bedenk daarna wat het nog meer zou kunnen zijn. Wat zie je voor je? Als wat klinkt het?

  • Klapperende bladzijden van een boek

    Klinkt (bijvoorbeeld) als…

    • Het geritsel van bladeren in de wind
  • Het klikken van een pen

    Klinkt (bijvoorbeeld) als…

    • Het tikken van een klok
  • Het schuiven van een stoel over de vloer

    Klinkt (bijvoorbeeld) als…

    • Het zachte gerommel van een verre donder

3. Mag ik liegen?

‘Niemand weet dat het niet zo is’, is een WAARGEBEURD verhaal over leugens en erin verstrikt raken. Dat dat verschrikkelijk is, maar ook heel grappig.

Bespreek met elkaar onderstaande vragen. Er is geen goed of fout. Iedereen kan hier anders over denken, en dat is juist leuk. Luister naar elkaar, laat elkaar uitpraten en vraag door als je het niet (helemaal) begrijpt.

  • Mag je liegen voor een vriend? Waarom wel? Waarom niet?
  • Liegen mag niet. Toch doen we het. Hoe kan dat?
  • Lieg jij wel eens?
  • Liegen volwassenen weleens? Wat denk jij?
  • Liegt de juf of meester weleens? Wat denk jij?

4. Drie waarheden en een leugen

In groepjes van drie ga je een spelletje spelen waarbij je moet liegen. Iedereen bedenkt vier dingen die je in je kamer hebt, maar één van die dingen is verzonnen. Beschrijf elk ding zo duidelijk mogelijk aan je klasgenoten, zodat ze precies weten hoe het eruitziet. Vertel om de beurt je beschrijvingen, maar laat niet weten welk ding niet echt is. Jouw klasgenoten moeten raden welk ding niet echt in je kamer staat.

  • Maak groepjes van drie en bedenk een volgorde waarin je straks je voorwerpen gaat opnoemen.
  • Bedenk voor jezelf vier dingen die in je kamer staan, waarvan er 1 gelogen is. Schrijf op welke gelogen is. (5 minuten)
  • Vertel één voor één je klasgenoten welke voorwerpen je in je kamer hebt staan.
  • De klasgenoten moeten raden welk voorwerp gelogen is. Je mag maar één keer raden.