Fopvis

De zee is van de vissen

  • Lesdoelen
    • Kinderen leren over de diversiteit van vis soorten, hoe ze in elkaar zitten, hoe ze bewegen en zich voortplanten.
    • De kennis en inspiratie die ze opdoen over vissen helpen kinderen in het creatief proces te komen. Deze kennis gebruiken ze in de gastles voor het maken van hun eigen vis.

Een lesje over vissen

Bekijk ter introductie van dit project met de leerlingen dit korte filmpje van School TV van ruim 2 minuten.

Vissen zijn koudbloedige, gewervelde dieren die leven in water. Ze halen adem met kieuwen. Hun kinderen komen uit eieren, maar soms komen de eieren al uit in de buik van de moedervis. We noemen ze dan eierlevendbarend.

Kogelvis

Zout, zoet of brak water

Zoetwatervissen zwemmen in rivieren, meren en plassen of sloten. Zoutwatervissen zwemmen in zeeën en oceanen.

Er zijn ook plaatsen waar zoet en zout water met elkaar vermengd raken. Bijvoorbeeld waar een rivier de zee in stroomt Dat water noemen we brak en daarin zwemmen brakwatervissen.

Soorten vissen

We kennen inmiddels ongeveer 31.000 verschillende soorten vissen. Maar grote delen van de oceanen zijn moeilijk bereikbaar voor mensen. Het is dus best mogelijk dat we veel soorten gewoon nog niet ontdekt hebben.

Ken jij al deze vissen al?

  • Gebruik je fantasie: hoe zou een vis eruit zien die wij nog helemaal niet hebben ontdekt?
  • Waarom zouden deze vissen zo fel gekleurd zijn denk je?

    Met hun felle kleuren stralen ze uit dat ze misschien wel giftig te zijn. Veel giftige vissen beschikken namelijk over felle kleuren. De kleuren werken ook als camouflage.

Super zwemlijf en slijmerige schubben

Vissen hebben een vorm die heel geschikt is om te zwemmen. Dat noem je stroomlijn. De vinnen zijn erg belangrijk bij het zwemmen. Vinnen zijn ook gestroomlijnd. De slijmerige huid met schubben zorgt ervoor dat vissen gemakkelijk door het water glijden. Vissen zwemmen door met hun lichaam een golfbeweging te maken. Daarvoor gebruiken ze de sterke spieren in hun lijf. Om te sturen gebruiken ze hun vinnen. Vissen hebben lichte botten, die we graten noemen. De meeste vissen zwemmen niet zo hard: ongeveer 5 km per uur. Dat is zo hard als jij gaat als je gewoon loopt. Er is ook een vis die achteruit kan zwemmen: de paling.

  • Dit is een snoek, zie je zijn superzwemlijf? En zijn vinnen?

Eieren

De meeste vissen leggen eieren. Zo’n eitje is heel klein en zacht. Het is ook een beetje doorzichtig. Voordat een vis eitjes maakt, moet de vis vrijen, dat heet bij vissen paaien. Dat doen ze in het voorjaar, daarna zoeken ze een veilig plekje om de eitjes neer te leggen. Sommige vissen leggen ze tussen de waterplanten, andere leggen ze tussen steentjes. De stekelbaars is een heel bijzondere vis. Die maakt, net als een vogel, een nestje voor de eieren!

  • Bekijk de eitjes goed. Wat kan je allemaal zien? En wat nog meer?
  • Wat zou nog meer een goede plek zijn voor een vis om zijn eitjes te leggen?

    Vaak leggen vissen hun eitjes tussen het koraal of tussen de waterplanten. Dat is een veilige plek voor de eitjes en de babyvisjes omdat roofdieren daar minder goed bij komen. Of de roofdieren zien de eitjes gewoon niet.