Schoffels en schoorstenen

Een veranderend leven

  • Lesdoelen
    • De leerlingen kunnen aangeven wat industrialisatie betekent en omschrijven wat de industrialisatie teweegbracht.
    • De leerlingen ervaren een elementair besef van tijd.
    • De leerlingen oefenen in het kijken naar en interpreteren van tastbare sporen uit het verleden.
    • Leerlingen leven zich in, in het leven van mensen van vroeger tijden (en becommentariëren dat vanuit hun eigen tijd).

De opkomst van machines

Tussen 1850 en 1900 veranderde de wereld ontzettend snel! Dit kwam door de industrialisatie.

Klik hier en bekijk de eerste 11 minuten van het filmpje over de industriële revolutie.

  • Kijkvragen filmpje
    1. Welke woorden komen bij je op na het kijken van het filmpje?
    2. Wat verandert er met de industrialisatie in het leven van mensen?
    3. Is er in jullie klaslokaal nog wel iets te vinden dat is gemaakt, zonder dat er een machine aan te pas is gekomen?

Beelden van het verleden

Foto’s maak je nooit zonder reden. Je wilt iets vasthouden om er in de toekomst op terug te kunnen kijken: hoe gezellig je verjaardag was toen je 5 was, de dag dat je leerde fietsen of hoe je oma of opa eruitzagen toen je klein was.

Hieronder zie je 4 foto’s uit de begintijd van de industrialisatie. Beantwoord bij elke foto de onderstaande vragen.

  • Wat is er op de foto te zien? Wat kun je allemaal ontdekken?
  • Waarom zou deze foto zijn gemaakt? Wat wilde de fotograaf vasthouden voor de toekomst?

Industrieel erfgoed in de buurt

In de tijd van de industrialisatie werden er veel fabrieken gebouwd. Deze fabrieken noemen we tegenwoordig industrieel erfgoed. Dat willen we graag bewaren om ons eraan te herinneren hoe het leven vroeger was.

Hieronder zie je foto’s van gebouwen van jouw dorp of stad uit die tijd.

  • Kijkvragen
    1. Ken je het gebouw?
    2. Kan je als je goed naar het gebouw kijkt de functie herkennen? Waar zie je dat aan?
    3. Vind jij dat deze gebouwen voor altijd bewaard moeten worden? Welke wel, welke niet? En waarom?

Goed fout!?

Soms weet je het zeker: dit had nooit mogen gebeuren! Met de kennis van nu én met de kennis van toen. Maar soms kan je ook wel begrijpen dat de geschiedenis is gegaan zoals het is gegaan… Goed of fout…

  • Het viertafelexperiment

    Vorm met de hele klas een kring en zet 4 tafels in het midden van de kring. Op elk van de tafels ligt een papier met daarop:

    • Tafel 1: Dit is begrijpelijk, en goed.
    • Tafel 2: Dit is begrijpelijk, maar niet goed.
    • Tafel 3: Dit is onbegrijpelijk, maar goed.
    • Tafel 4: Dit is onbegrijpelijk, en niet goed.

    De meester of juf noemt een begrip dat te maken heeft met de periode van industrialisatie. Bedenk voor jezelf welke bewering op de tafels volgens jou het beste past bij het genoemde begrip.

    • Ga daarna met elkaar het gesprek aan. Is iedereen het met elkaar eens?
  • De begrippen
    1. Uitvinding van de stoommachine
    2. Massaproductie
    3. Ontstaan van grote steden
    4. Kinderarbeid
    5. Moderne kunst
    6. Instelling van de leerplicht
    7. Democratie (voor iedereen)